Jan van Steendelaar
Inspraak was in de jaren dertig een woard dat niet in het vocabulaire van ambtenaren en gemeentebesturen voorkwam. Een voorbeeld daarvan is de annexatie van Soester grondgebied door Amersfoort. Hoezeer Soest hiertegen ook protesteerde, de hogere overheden, het college van gedeputeerde staten van de provincie Utrecht en de Raad van State, legden die koeltjes naast zich neer. De bijna tweehonderd bewoners van het gebied die erbij betrokken waren, hoefden niet eens aan protesteren te denken. Ze werden van de ene op de andere dag inwoner van Amersfoort. Zoals de bewoners van de boerderijen de Isselt, de Platluis, de Glashut en de Vurige Wagen, en de bewoner van de kapel van Isselt, H. van Dijk. Hij werd er in 1916 als inwoner van Soest geboren en werd op 1 september 1938, de datum van de officiële annexatie van het gebied de Lage Birkt en Isselt, zonder te verhuizen Amersfoorter. Dat gold uiteraard ook voor de andere bewoners van het gebied.
Dat de gerenommeerde boerderijen naar Amersfoort overgingen, was Soest al een doorn in het oog, maar dat hetzelfde "lot" ook de kapel van Isselt trof, viel helemaal verkeerd. De kapel was immers van groot historisch belang voor de geschiedenis van Soest, vond men. Dat mag nu was overdreven lijken, in de tijd dat de annexatie speelde was het een vaak gebruikt tegen-argument.
Ridderhofstad
Het kapelletje lag destijds in de Lage Birkt, niet ver van de Eem af. Het was bereikbaar via de Peter van den Breemerweg, de belangrijke binnenweg door de weilanden die Soest met Amersfoort verbond. De kapel van Isselt (adres nu: Isseltseweg 155) dateert van 1339 en ontleent haar naam aan de ridderhofstad Isselt die vroeger op die plek stond. Deze ridderhofstad werd ai in 1328 genoemd. De kapel, in 1339 gesticht door Dirk Cosijn van Isselt ter ere van de Heilige Barbara, maakte er deel van uit. Samen vormden ze één complex. Ridderhofstad en kapel bleven twee eeuwen in het bezit van Isselt. In het jaar 1500 trad Beyeraet van Isselt in de kapel in het huwelijk met William van Dam, raad en schepen van Amersfoort. Tegelijk met andere kerken in de namen de protestanten in 1580 ook de kapel van Isselt voor hun oefeningen in gebruik.
Jonkheer Cornelis van Isselt liet in 1649 de prachtige gebrandschilderde ramen aanbrengen die er, naar het schijnt, door de jaren heen alleen maar mooier op geworden zijn. In 1729 ging dit bezit over aan een zijtak, de familie Sasse van Isselt. In het jaar 1775 kwam er opnieuw een andere eigenaar. Jacob van Dam, één van Utrechts vroede vaderen, kocht deze bezitting en deze is sindsdien in het bezit van de familie Van Dam. Jacob van Dam voegde, toen hij de heerlijkheid verwierf, de naam Isselt aan de zijne toe. Waarschijnlijk doordat er geen enkel onderhoud aan werd gepleegd, ging de heerlijkheid hard achteruit. Dat bracht Jacob van Dam tot het besluit de ridderhofstad te laten afbreken. Alleen de kapel bleef bestaan. Een uit 1830 daterend schilderij toont aan dat de kapel van Isselt ook de begraafplaats is van de familie Jacob van Dam van Isselt.
Rouwborden
Ook de kapel kreeg het zwaar te verduren, zo blijkt uit oude stukken. Een geschiedschrijver verhaalt hoe hij in 1803 nog overblijfselen van kerksieraden op het altaar zag staan, terwijl aan de muren nog enige wapen- en rouwborden van het ouderlijk huis Sasse van Isselt hingen. Die bezittingen zijn bewaard gebleven. Ze verkeren in goede staat en hangen nog steeds in de kapel. Deze heeft in het begin van de vorige eeuw een andere bestemming gekregen en diende lange tijd een boer tot woning. Het koor van de kapel behield zijn oorspronkelijke gedaante. De goed geconserveerde rouwborden van de familie Van Dam van Isselt die er hangen, herinneren eraan dat zich onder deze kapel de grafkelder van deze familie bevindt. In 1916 ging de kelder voor de laatste keer open voor de bij zetting van één van de nazaten van Jacob van Dam van Isselt.
In het torentje van de kapel hangt nog de noodklok die bij het uitbreken van de oorlog de plaats innam van de oorspronkelijke klok die uit 1717 dateert. De eerste klok draagt het opschrift "Soli Deo Gloria", Slechts Gode Eer. Deze klok, die ooit de vromen uit de Lage Birkt en Isselt ter kerke riep, hangt nu in de kapel, naast het altaar. De noodklok, die werd verwijderd toen het torentje geen weerstand meer had tegen de elementen, werd er later weer in opgehangen toen het torentje op z'n plaats boven het koor werd teruggezet.
In 1938 werd de "landhonger" van Amersfoort gestild toen een deel van Soest werd geannexeerd. Daarbij was ook het oude plekje de Eemoever. "Moge het niet te spoedig plaats moeten maken voor de vestiging van industrie of woonwijk", schreef de plaatselijke krant bij die gelegenheid onder de kop "Historie en traditie contra hebzucht". Daarbij werd vastgesteld "dat de gronden uit historisch en traditioneel oogpunt geheel bij Soest behooren en zeker niet bij Amersfoort. Ze zijn gelegen rondom den Isseltschen weg, één der verbindingswegen van de stad Amersfoort met het dorp Soest. Eén dier andere wegen is de Oude Soester weg, later te Soest omgedoopt in Peter van den Breemêrweg, die in de oudste tijden de eenige weg van Soest naar Amersfoort was. Beide plaatsen zijn reeds zeer oud. In die oude tijden van om en nabij en kort na het jaar 1000, in de elfde en twaalfde eeuw, heeft zich een historie rondom Amersfoort ontwikkeld die niet te loochenen valt. Talrijke herinneringen aan die oude tijden vindt men juist daar in de buurt. De lage landen aan de Eem, een heel eind buiten de stadsgrachten van Amersfoort, op Soest aan, vormden nimmer eenig onderdeel van Amersfoort, integendeel. De Lage Birkt zoals die omgeving daar heet, was steeds kennelijk een onderdeel van de landelijke gemeente Soest. Als zoodanig komen wij het herhaaldelijk tegen in de oude acten die veelal gewagen van plundertochten vanuit Amersfoort naar het landelijke Soest. Maarten van Rossum organiseerde ook dergelijke tochten en dan vindt men steeds vermeld, dat Soest begon aan de Lage Birkt".
Vandaar ook die historische namen van de oude boerderijen als de Vurige Wagen, Isselt, de Platluis en de Glashut. En de historische kapel van Isselt, met nog steeds de particuliere begraafplaats van de familie van Isselt. Bij één van de vele overstromingen van de Eem, jaren geleden, toen de Afsluitdijk nog niet was aangelegd, steeg het water ook in de kapel en in de grafkelder, "zooddat korten tijd later de familie Van Dam van Isselt besloot den grafkelder te laten dichtmetselen, waterdicht, zoodat deze verder niets meer van het hooge water zou hebben te lijden. Later, na de afsluiting van de Zuiderzee, is dat hooge water verder uitgebleven, doch de grafkelder was en bleef dichtgemetseld. Nadien, in 1916, is de kapel nog eenmaal gebruikt voor de bij zetting van het stoffelijk overschot van een lid der familie, doch deze was gecremeerd, en slechts de urn met de asch heeft een plaatsje gevonden in de kapel".
Het zou volgens het gemeentebestuur van Soest "zeer te betreuren zijn indien deze historische kapel, die bij Soest behoort, uit het grondgebied onzer gemeente zou verdwijnen en voortaan tot Amersfoort zou gaan behooren", zo liet het gedeputeerde staten en later de Raad van State weten. Het mocht niet baten. Soest verloor niet alleen 120 hectare grondgebied, inclusief de bevolking van bijna tweehonderd zielen, maar vooral een stuk historie.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.