Steven Buijtenhuis
Wanneer we het Vaarderhoogt noemen, dan denken we natuurlijk meteen aan het bekende tuinadviescentrum. In 1970 startte Toon van den Bremerhier met een tuincentrum en gal' het de naam Vaarderhoogt. Een goed gekozen naam, het Vaarderhoogt is een wat hoger gelegen gebied aldaar. Wanneer je de Dorresteinweg vanaf de Laanstraat inrijdt gaat deze tot halverwege omlaag om dan tot aan het Vaarderhoogt te stijgen en daarna weer te zakken tot aan de Wieksloterweg.
Op oude kaarten zie je dat daar meer akkers zijn gelegen en dat de rest van het Soesterveen weidegrond is. Tegenover het tuincentrum is het Veenpad, een binnenweg die (aanvankelijk onverhard) eerst in zuidelijke richting loopt om daarna met een scherpe bocht naar de Wieksloterweg te gaan. Het Veenpad is al jaren geen doorgaande weg meer, waarschijnlijk omdat de eigenaren van de grond er liever gras lieten groeien. De naam Veenpad is voor het eerste deel zelfs jaren geheel weggepoetst en de aanliggende woningen kregen de Dorresteinweg als adres. Maar toen de nieuwe wijk werd gebouwd is de oude naam weer in ere hersteld.
Opvallend was dat in de droge zomer van 2018 goed te zien was waar de grens ligt van het Vaarderhoogt. Achter het parkeerterrein van het tuincentrum liggen weilanden die tot aan de Wieksloterweg lopen. Vooraan, op de zanderige grond, was het gras allemaal dood en achteraan bleef het veel langer groen. Daar is het dan weer veen.
Het is misschien aardig om ook een paar eertijds bekende bewoners van het Vaarderhoogt te noemen. Te beginnen met het huis dat stond op de hoek van Veenpad en Dorresteinweg. Hier woonde Cees Blankestijn met Fie Jansen-Kooi. Cees was buschauffeur bij Tensen. De ouderen herinner zich vast nog wel zijn luide begroetingen aan bekenden. Cees had daarnaast ook een aantal koeien die hem, naast zijn AOW, een zakcentje opleverden. Als we het Veenpad dan een vijftig meter opgaan stond daar links een huis waar Joop Blankers met vrouw en zoon Jan woonde. Joop werkte in de vodden bij het bedrijf van Joost Metzukat, iets voorbij het Vaarderhoogt aan de rechterzijde. Over het bedrijf van Metzukat later meer.
Gaan we nog ongeveer honderd meter verder dan stond daar de boerderij vanFloor.Zo genoemd omdat vanaf het jaar 1900 tot aan de vijftiger jaren daar eneFloorde bewoner was. Het was dan ook de Florahoeve. Kort na elkaar kwamen er meerdere andere eigenaren voorbij en wel Verhoef, Noordam en Van de Glind.
Op 1 februari 1956 betrok de fam. Buijtenhuis deze boerderij en was daar boer tot de nieuwbouw in de negentiger jaren de boel liet verdwijnen. (Foto boerderij met Buijtenhuis en twee zonen)
Op zich een wat vreemde boerderij: geen hooibergen maar waarschijnlijk heeftFloordaarvoor in de plaats een grote loods met rondom plaatijzeren golfplaten gebouwd. Wel brandgevaarlijk en het hele spul is in februari 1984 volledig afgebrand.
Het Soesterveen was nog onbebouwd en vanuit het huis kon je over de weilanden heen de woningen aan de Laanstraat zien staan. Iets verder voorbij de boerderij stond nog een huis waar de fam. Beijen woonde.
We gaan terug naar de Dorresteinweg en treffen daar een bijzonder adresje. Op de plek waar nu de fa. Strumpel is gevestigd woonde Woutje van de Broek. Woutje (een klein mannetje) woonde daar in een heel klein huisje met dertig katten en een paard. Een heel groot paard dat 's zomers in het aangelegen weilandje zijn/haar eten moest zien te vinden. Er groeide weinig gras, het weiland was altijd kaal. Uiteindelijk heeft hij het paard verkocht. Maar hij was er zo aan verknocht dat hij meteen naar de markt ging (hij zag hem al van verre staan) en het paard terugkocht. Voor de oorlog reed Woutje met paard en kar varkens. Het verhaal gaat dat kwajongens op de Laanstraat de klep opengooiden waardoor de varkens op straat liepen.
Ook noemen we Hannes Muis. Hannes woonde in een krot dat ongeveer vijftig meter van de weg tegenover Woutje van den Broek stond. Een wat zonderlinge man die daar in een bouwval zijn oude dag doorbracht. De beschreven situatie is die van rond 1960.
Gaan we verder richting Wieksloterweg dan was daar rechts het bedrijf van Joost Metzukat. Hij was niet getrouwd en was van Poolse afkomst.
Hij werkte aanvankelijk in de bouw en later had hij als zelfstandige het stortafval van de Spoorwegen gepacht om het te sorteren en te verkopen. Hij was ondernemend en heeft daar kansen in gezien en is voor de oorlog al voor zichzelf begonnen in papier en lompen. Het werd een groothandel waar het ingekochte papier en lompen in balen werden geperst. Zo gingen er dagelijks grote vrachtwagens met balen naar de verwerkende industrie. Joost was niet getrouwd, maar woonde samen met Marie Blankers, die zeven kinderen had, waarvan eerdergenoemde Joop Blankers er een was. Dhr. Metzukat liep mank doordat hij in de oorlog met voedsel reed en is beschoten. Dus toen had hij al auto's en bekend is dat ze in de oorlog in één dag een vrachtauto geheel begraven hebben om deze uit handen van de Duitsers te houden. Het bedrijf is in 1972 gestopt en Metzukat is in 1974 op 66-jarige leeftijd overleden. Hij was een prima werkgever, hij was goedgeefs en hij sponsorde clubs.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.