door wijlen ds J.J. Bos
Vermoedelijk bestond Middelwijk wel reeds vroeger maar wiens, of wier, eigendom het toen was, is mij niet bekend. Als echter de Heer Pieter Pijpers (Pijpers, Eeml. Tempe.I.BI. 59,60), in het jaar 1803, op zijne wandeling van Puntenburg, bij Amersfoort, "naar zee", langs de Glashut en Isselt, voorbij Birkhoven en Hofslot, den Zwarteweg vervolgende tot aan den Brink te Soest, voorbij Bleijendaal, tot aan Middelwijk gekomen is, barst zijne geestvervoering in deze Strophen los:
Wijk van hier, gij, stadsgebrom!
Vlugt, ô! vlugt dit heiligdom;
Stilte voegt deez' konstentempel.
Gij, betreed gerust zijn' drempel.
Gij, verheven dichtrendrom!
De offraar snelt u minzaam tegen:
ziet, hoe heusch hij u bejegen':
Dat uwe aandrift niet bezwijk;
Neen! bezingt met maische toonen,
(En ik schenk u lauwerkroonen;)
Muzen, Floraas en Pomonen
Van 't Konstweekend Middelwijk.
Grijpt uw cythers van den wand;
ó! Bezingt dat korenland;
Met geene oogen af te meeten,
Als ge, op 't heuveltje gezeten,
Naar zijn' honig watertandt.
Honig, in den neus gevlogen ....
Alles ademt hier geneugt,
Geen berg IJdaas honigbeeken,
Geen Hijmet, geen Hijblaas streeken
worden hierbij vergeleken ....
Hier woont Konstmin, Godsdienst .... Deugd.
De reden waarom "de verheven dichtrendrom", zoo dringend wordt aangespoord tot een bezoek aan dien "Konstentempel" het "Konstkweekend Middelwijk", is deze, dat daar woont de Heer Ambrosius Justus Zubli, zijn kunstbroeder, en ook zijn geestverwant in de staatkundige beweging van die dagen.
Ook de Heer A.J. Zubli was dichter, doch beteekende vrij wat meer dan zijn loftrompetter.
Buitenplaats Middelwijk ca 1923
Maar Pieter Pijpers zag in den Heer A.J. Zubli nog iets meer dan kunstbroeder, ook geestverwant in de staatkundige beweging van die dagen, beiden waren, wat men toen noemde "Patriotten" of "Keezen". In 1794 begon de Heer A.J. Zubli zich met de staatkunde te bemoeien, en was een tijd lang Lid van de "Nationaale Vergadering", representerende het "Volk van Nederland", en behoorde daarin tot de bezadigde en heldere denkers; tot de weinigen die van gematigde, tot verzoening leidende, en vaderland lievende, bedoelingen uitgingen. De ongunst der revolutionaire heethoofden werd dan ook ten slotte zijn deel.
Ambrosius Justus Zubli, op 4 October 1751 te Rio de Berbice, (in Zuid-Amerika), geboren, was de zoon van wijlen Paulus Zubli, in leven Raad van Politie en Crimineele Justitie, en aldaar overleden, en van Cornelia Geertruy Verster, overleden te Amsterdam. Hij werd, op 24 April 1778, te Amsterdam in ondertrouw opgenomen met Maria Louisa Loofs (Uit dat huwelijk is voortgesproten, Cfornelia?) G(eertruy?) Zubli, die, op 4 September 1801, te Amsterdam in ondertrouw werd opgenomen met Johan Jacob Patyn, en die, op 5 December 1814, Middelwijk aan den Heer F.P. Offerman verkocht).
Op 4 September 1801 werd hij, toen weduwnaar van Maria Louisa Loofs, te Amsterdam in ondertrouw opgenomen met Everharda Cornelia Maria Hoogvliet, geboren te Leyden in 1770. Deze vrouw leverde, op 30 October 1801, bij den Kerkeraad der Herv. Gemeente te Soest, hare Lidmaats-attestatie in, komende van Leyden (Lidmaten-boek der Herv. Gem. te Soest, i.d.); in 1803 noemde de dichter van "Eemlands Tempe" hem, als bewoner van Middelwijk; en op 6 Mei 1806 werd hem aldaar een zoon geboren, die op 8 Juni, d.a.v., in de Hervormde Kerk te Soest gedoopt werd, met de namen Nicolaas Hendrik Fatum (Doopboek d. Herv. Gem. te Soest).
Uit dit alles zou men het besluit opmaken, dat de Heer A.J. Zubli van 1801 tot 1808, ook des winters op Middelwijk heeft gewoond, maar dat dit in dat jaar wellicht anders werd, want zijn zoon Everard Ambrosius is in 1808 te Amsterdam geboren, en woonde in November 1820 nog te Vlaardingen bij zijne moeder. Misschien hing die verandering van woonplaats samen, met zijne benoeming tot Ontvanger van de In- en Uitgaande Rechten en Accynsen te Vlaardingen, en ging Middelwijk in dien tijd over in het bezit van zijne dochter uit het eerste huwelijk, C G . Zubli, gehuwd met den Heer Joh. Jacob Patyn, die Middelwijk in 1814, voor ƒ 7000,- verkocht aan den Heer Frans Pieter Offerman.
De Heer A.J. Zubli overleed te Vlaardingen op 9 October 1820. Het is echter niet onmogelijk dat de heer F.P. Offerman reeds huurder was, vóór dat hij kooper werd. Men zou dit ten minste opmaken uit het feit, dat in een Album Amicorum, thans in het bezit van Dr. F.P.A. Muysken, te Baarn, versjes voorkomen, gedateerd van Middelwijk met het jaartal Juli 1809. Dat Album was sedert lang in het bezit der familie Muyskens, en kan dus, in het genoemde jaar, zeer wel aan den Heer en Mevrouw Offerman-Muysken behoord hebben.
De Heer Frans Pieter Offerman, gehuwd met Mejuffrouw Clara Elisabeth Muysken, had geene kinderen. Hij vertoefde alléén des zomers op Middelwijk, doch woonde des winters in Amsterdam. Hij was één van de vijf eerste leden der Commissie van Weldadigheid, en overleed op 21 September 1822.
Zijne weduwe hertrouwde, op 10 Juli 1825, met den Heer Jan Nicolaas Hilkes, en bewoonde met dezen Middelwijk des zomers. Mevrouw Clara Elisabeth Hilkes, geboren Muysken, overleed te Amsterdam op 18 Mei 1852, doch haar echtgenoot ging voort met, eiken zomer, eenig maanden op Soest door te brengen; tot aan zijnen dood in 1854. Waarschijnlijk wel bij testamentaire beschikking van zijne tante, kwam nu de Heer Frans Pieter Muysken, Lid der firma Leembruggen, Guepm en Muysken te Amsterdam, in het bezit van Middelwijk! Deze was, op 17 November 1798, te Utrecht geboren, en zoon van Floris Coenraad Muysken, Kantonrechter van Maarssen. De Heer F.P. Muysken was eerst gehuwd geweest met Mejuffrouw Elsje Maria Dom, die op 23 mei 1840 overleed. Uit dit huwelijk waren drie kinderen in leven, Floris Coenraad, geboren op 24 Februari 1833; Elsje Maria, geboren op 25 Juni 1835; en Frans Pieter Anne, geboren op 23 April 1838, en overleden op 4 Januari 1869. Toen de Heer F.P. Muysken in het bezit van Middelwijk kwam, was hij in tweeden echt verbonden met Mejuffrouw Anthonia Maria Op Den Oort, geboren op 23 December 1803, uit welk huwelijk geene kinderen voortsproten. Hij overleed op 20 Maart 1876. Daarna kwam Middelwijk in het bezit van zijnen behuwd zoon, den Heer Jan Coenraad Nachenius, op 5 Augustus 1833 te Amsterdam geboren, en op 26 Juli 1862 te Soest gehuwd met Mejuffrouw Elsje Maria Muysken. Had de vorige eigenaar nog al veranderingen en verbeteringen aangebracht, de nieuwe bezitter stond daarin niet bij hem achter. Het huis werd geheel verbouwd; de aanleg van de plaats werd veranderd, zoodat het "heuveltje" wel bleef, doch niet als een alleenstaand bergje, maar als eene plooi in den bodem; de oranjerie en de stal werden meer ingericht naar de eischen destijds; het dorpsvoetpad werd door eene bocht iets verder van het huis verwijderd; het bouwland tusschen het voetpad en den straatweg, werd als terrein van vermaak aangelegd, met een belommerd zitje daarop; ook het bouwland, over den straatweg, tegen den Engh op, werd met bloemhout beplant, waartusschen eene zitbank, van waar men het uitzicht had op de Eem, en de weide- en hooilanden langs hare oevers; ook een naast de plaats gelegen huis en grond werd aangekocht, en tot koetsierswoning ingericht. Het overlijden echter van den heer J.C. Nachenius, op 27 September 1892, bracht in dat alles eenen stilstand te weeg. Wèl bleef de weduwe jaarlijks nog de zomermaanden op Middelwijk doorbrengen, maar haar overlijden op 14 Maart 1904, bracht ook hierin eene aanmerkelijke verandering. Eigenaar werd nu de Heer Joan Henri Nachenius, hun eenig kind, op 22 December 1863 te Amsterdam geboren, en op 31 October 1889 aldaar gehuwd met Mejuffrouw Charlotte Bonebakker, doch die zijne echtgenote reeds op 11 Augustus 1902 verloren had. De opvoeding der drie kinderen welke den Heer J.H. Nachenius overbleven, maakte het geregeld en langdurig verblijf buiten al moeielijker en moeielijker, zoodat de plaats al sedert eenige jaaren uit de hand te koop was, en eindelijk op 21 Juli 1908 in openbare veiling gebracht werd. Toen werd ze echter niet gegund, maar toch op denzelfden avond uit de hand verkocht aan den Heer Alphonsus Maria Leonardus Laurentius Westerwoudt, te Amsterdam, voor ƒ 34.000,-.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.