F. Elsman
Aan het einde van de vorige eeuw kon men in elk dorp of stad één of meerdere molens aantreffen.
De kracht waardoor de molen wordt aangedreven, bepaalt het type. In ons land kent men een 3-tal, namelijk windmolens, watermolens en rosmolens.
Door de functie, waarvoor de molen wordt gebruikt, spreekt men o.a. van poldermolen, korenmolen, pelmolen, oliemolen, houtzaagmolen en papiermolen.
De geldmiddelen en ook de ter plaatse aanwezige bouwmaterialen zoals riet en het doel waarvoor de molen gebouwd werd, hebben een belangrijke rol gespeeld in het ontstaan van de verschillende molentypen, zoals standerdmolen, stellingmolen, beltmolen, torenmolen, wipmolen, paltrokmolen, spinnekop en tjasker.
Men kan de molens in een 2-tal categorieën indelen. Men spreekt dan van poldermolens, welke gebruikt zijn voor het droogmalen van de verschillende plassen en later voor het op peil houden van de waterstand in de polders ten behoeve van land- en tuinbouw. De tweede categorie zijn de industriemolens.
De korenmolens zijn de voorlopers van de huidige meelfabrieken met hun moderne apparatuur. Bij verschillende meelfabrieken is de molenromp nog aanwezig.
Zoals u reeds in nummer 1 van de 4e jaargang van "Van Zoys tot Soest" hebt kunnen lezen, hebben er in Soest een 2-tal molens gestaan.
De oudste molen was de stellingmolen "De Windhond" die in 1739 werd gebouwd ter vervanging van een standerdmolen. Dit type heeft er gestaan vanaf 1474. Dat een standerdmolen werd vervangen door een stenen molen kwam vaker voor. Een standerdmolen is geheel van hout en minder sterk; werd nogal eens door een storm omgeblazen.
Wil men een indruk krijgen, wat betreft afmetingen e.d. dan moet men zo'n molen ter plaatse gaan bekijken. Voor Soest is de dichtstbijzijnde standerdmolen, die in het buurtschap Kallenbroek bij Terschuur.
Dit is echter een gesloten standerdmolen. De standerdmolens die de laatste jaren zijn gebouwd in Heusden en Eourtange zijn open standerdmolens.
De huidige korenmolen "De Hoop" in Garderen komt vrijwel overeen met die welke in Soest op de "Engh" heeft gestaan.
De standerdmolen en de stellingmolen "De Windhond" zijn in de loop der eeuwen in het bezit geweest van verschillende geslachten, zoals Hilhorst, Varekamp, Smits en Mulders. De laatste molenaar J.B. Mulder, was ook eigenaar van de andere Soester korenmolen "De Vlijt".
Door andere energiebronnen die ter beschikking kwamen en mede door de oprichting ter plaatse van een Coöperatieve maalderij kwam de molen in ongeveer lâ^s.til te liggen. De eigenaar heeft nog getracht deze te verkopen', om op die manier de sloop van de molen te voorkomen. Ook het toenmalige gemeentebestuur had geen belangstelling de molen als cultuurmonument te behouden. Tenslotte werd de molenaar om financiële redenen gedwongen de molen te slopen. In 1930 is deze uit het beeld van Soest verdwenen.
In verschillende publicaties wordt ook het iaar 1327 genoemd. WIE VAN DE LEZERS, KAN DE JUISTE DATUM VAN DE SLOOP VERTELLEN?
Ongeveer 3 jaar na de sloop van de korenmolen "De Windhond" worden de wieken van de korenmolen "De Vlijt" eraf gehaald. De molenaar gaat over op elektrisch malen. De bovenste verdieping van de molen wordt ingericht als duiventil, want de molenaar is een groot liefhebber van de duivensport. Er zijn ook publicaties dat de molen enige jaren als uitkijktoren heeft dienst gedaan. WIE VAN DE LEZERS WEET DAAR MEER VAN?
Een molen in de Kerkstraat als uitkijktoren lijkt me wat vreemd, men zou dit eerder verwachten van de molen op de Soester Engh. In het begin van de 2e wereldoorlog kwam aan de activiteiten van ook deze molen een einde. Tenslotte is deze molen in 1952 geheel gesloopt.
Soest heeft nu geen molens meer.
Mochten er lezers zijn, die wat meer over de nog bestaande molens willen weten, dan kan men zich het boek aanschaffen "Windmolens in Nederland" van Drs. P. Nijhof. Uitgegeven bij Waanders in Zwolle.
Men kan ook het behoud van de molens bevorderen door lid te worden van één der vele molenstichtingen. Noem er slechts 2 nl. de vereniging "De Hollandsche Molen", Herengracht 476, 1017 CB Amsterdam, telefoon 020-238703 en de stichting "De Utrechtse Molens", Postbus 80300, 3508 TH Utrecht, telefoon 030-524111.
Bronnen:
"Molens in Utrecht in oude ansichten" door drs. H.A. Visser"
"Soest in Grootvaders Tijd" door Engelbert Heupers
De onttakelde molen De Vlijt
(uit Pensiongids 1937 uitgegeven door VV Soest Vooruit)
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.