Rene van Hal
Onder prachtige weersomstandigheden heeft u op zondag 3 september het hoogtepunt van het Landjuweel Soest 2017 kunnen meemaken. Circa 120 gilden voornamelijk uit Brabant presenteerden zich op het feestterrein De Blaak met een 'Massale Opmars 'gevolgd door een vendelgroet. Daarna een defilé voor de tribune met de hoogwaardigheidsbekleders en een tweetal optochten in de omgeving van de Kerkebuurt. Op vrijdagmiddag 21 juli jl. is in het Museum Soest een bijpassende wisseltentoonstelling geopend over het Gildewezen in Nederland. Hier worden ook verschillende uniformen en gildekostuums gepresenteerd zoals deze thans nog in Gelderland, Limburg en ook in Soest gedragen worden. In 2017 is het trouwens ook 50 jaar geleden dat het Groot Gaesbeeker Gilde haar uniform presenteerde rondom een voetbaltoernooi van de Jongeren Boeren en Tuindersbond JBTB op de velden van voelbalvereniging BDC aan de Bosstraat. Dat alles is een mooie aanleiding om een artikel te wijden aan de kleding van de Soester glide/eden door de eeuwen heen.
Gildekledij in de 16e eeuw
Uit de Caert (statuten) van 1560, waarvan de inhoud bewaard is gebleven en op verschillende manieren door de eeuwen heen is vastgelegd, kunnen we opmaken dat de gildeleden in Soest niet over een eigen uniform beschikten. De gildebroeders van het Groot Gaesbeeker Gilde beschikten echter wel over kovels, ofwel tot op de schouders afhangende hoofdkappen. Het dragen van zo'n hoofdkap was een voorwaarde om mee te doen aan het koningsschieten. Elke gildebroeder beschikte over drie verschillende kovels, t.w. tijdens het eerste jaar in de kleuren rood/wit, het tweede jaar groen/wit en het derde blauw/ wit. Dit was het enige, maar wel belangrijke onderscheidingsteken dat men als gildebroeder lid was van het gilde. In geval een gildebroeder zich niet hield aan de regels van het gilde, werden de verstrekte kovels ingenomen en kon de gildebroeder niet meer aan gildeactiviteiten deelnemen, dit maakte ook dat je zeker in die tijd geen deel meer uit maakte van de plaatselijke Soester gemeenschap.
Begin 20ste eeuw Uit de literatuur en de foto's uit het begin van de 20ste eeuw blijkt dat de kovels niet meer gebruikt werden. Bij de dans om de gildeboom, die in 1927 voor de laatste maal werd gehouden, waren de gildeleden gekleed in hun "zondagse" outfit. Alhoewel er ook in die tijd sprake is van een Soester dracht (zoals duidelijk te zien is bij de beelden van de historische optocht in 1929 bij het feest van het 900-jarig bestaan van Soest) zien we deze dracht niet direct terug bij de kleding die bij het dansen om de gildeboom in 1927 werd gedragen. In het boek "De avonturen van Zebedetis" van schrijver Jac. Van Looij blijkt dat aan het begin van de 20ste eeuw hier nog wel sprake van was.
--
Schrijver Jac. Van Looy heeft in zijn boek "De avonturen van Zebedeüs" geschreven over het dansen om de gildeboom in het begin van de 20ste eeuw toen hij in Soest verbleef. Daarin beschreef hij ook hoe de gildeleden toen gekleed waren.
De vrouwen waren aangekleed met kostbare zijden bouwen en veelkleurige keursen en zilveren kasken hadden zij om 't hoofd, die hun de wangen als tot bloedens knepen. De mannen, streng gestropdast, meestal luuster-zwárt, droegen koteletjes bij hun stoere ooren; een flesch-hals stak er uit een jekker op.
Zeker bij de beschrijving van de gildezusters is nog wel een link te maken met de Soester dracht.
--
Gildedag in 1960: gelegenheidskorps opgericht
Bij gelegenheid van het 400-jarig bestaan van het Groot Gaesbeeker Gilde, waarmee verband werd gelegd met de Caert uit 1560, werd op 6 juni (Tweede Pinksterdag) een grote Gildedag in Soest georganiseerd waaraan verschillende schutterijen uit Gelderland deelnamen (o.a. uit Lobith). Dit was tevens het moment om het Koningsschieten door de gildebroeders in Soest weer op te pakken. (Alhoewel er geen historische informatie beschikbaar is waaruit blijkt dat er eerder Koningsschieten in Soest bij het gilde heeft plaats gevonden, ondanks de uitgebreide beschrijving ervan in de Caert van 1560).
De leden van het gildekorps (tamboers, hoornblazers en vendeliers) waren toen gekleed in een witte broek, een wit overhemd aangevuld met een blauwe sjerp en een pet. Het bestuur droeg een zwart jacquet, terwijl voor de meelopende schutters in de optocht een wambuis (uniformjasje) was gehuurd.
Deze eerste Gildedag was een groot succes en werd tevens de basis voor het definitief jaarlijks strijden om het koningsschap door de gildebroeders in Soest. Ook de aanwezigheid van een eigen gildekorps werd positief ontvangen, alhoewel de leden wel vonden dat er voor betere prestaties geoefend moest gaan worden. Hetgeen geschiedde met hulp van instructeurs van buiten.
Secretaris Kees Hilhorst heeft vervolgens het initiatief genomen om een uniformfonds op te richten, waarin via verschillende acties gelden werden verworven zoals door inzamelen van oude kranten en het werven donateurs. In 1965 durfde het gildebestuur het aan om gildekostuums aan te gaan schaffen. Met de firma PISA in Eindhoven (een bedrijf dat zich toelegt op het maken van uniformen/kostuums voor gilden, muziekgezelschappen en ook voor het leger) werden contacten gelegd en werd een gildekostuum ontworpen, waarbij de bourgondische kleuren blauw en rood de basiskleuren werden.
1967: presentatie eerste uniformen/kostuums voor de leden van het gildekorps
Tijdens een voetbaltoernooi, dat nog eens 4.500 gulden opleverde voor het uniformfonds, werd het gekostumeerde gildekorps aan het publiek gepresenteerd. Het gildekostuum bestaat uit een hoed met een witte struisvogelveer, een wambuis in de kleuren rood/blauw met witte kraag en een zwarte kniebroek met witte lange kousen, gecompleteerd met zwarte schoenen. Bijzonder was de afwijkende kleursetting van de commandant (wambuis met tegengestelde kleursetting t.o.v. korpsleden) en een andere kleursetting met geel/zwart voor de vaandeldrager. De bestuursleden bleven gekleed in een zwart jacquet maar ruilden hun hoge hoed in voor een gildehoed met veer. Daarnaast werd een rode sjerp aan het kostuum toegevoegd. Verder moet worden opgemerkt dat alleen de korpsleden (inclusief bestuur) een gildekostuum droegen en de overige gildeleden niet over specifieke kledij beschikten. Dit in tegenstelling tot de gildeleden bij andere gilden en schutterijen die allemaal wel over een kostuum of uniform beschikken.
1991: ook bestuur in gildekostuum
Nadat enkele jaren de gildekostuums waren aangevuld voor nieuwe leden en voor vervanging van versleten kleding werd in 1990 besloten alle gildekostuums te vervangen. Het model werd iets aangepast en PISAmocht ze opnieuw maken. Bijzonder was het feit dat daarbij ook voor het bestuur gildekostuums werden aangeschaft, waarbij de wambuis volledig in blauw werd uitgevoerd. Het nieuwe model was niet op alle onderdelen even succesvol. Alle kostuums werden al snel voorzien van een betere aansluiting van de wambuis aan de onderzijde om niet alle buiken te tonen. Daarnaast was er gekozen om naast de witte kraag ook een witte sjaal toe te voegen aan het kostuum. Deze sjaal werd al snel afgeschaft omdat dit als veel te warm en onhandig werd bestempeld.
2004: wederom nieuwe uniformen
De optredens nemen in de loop van de jaren steeds verder toe, hetgeen ook een intensiever gebruik van de gildekostuums betekent. Omdat men toch al niet zo gelukkig was met de aanschaf van de nieuwe kostuums in 1991 werd door het bestuur met instemming van de Algemene Ledenvergadering besloten om voor de viering van 975 jaar Soest en de dan te organiseren Vrije Gildedag van de Kring van Schuttersgilden Land van Cuijk nieuwe kostuums aan te schaffen. Natuurlijk een behoorlijke investering weer, want een gildekostuum kostte al meer dan E 1.000 per stuk. Na een uitgebreide inventarisatieronde kwam het gildebestuur deze keer uit bij de firma Belien in Hamont België, die al veel gilden en schutterijen van kleding voorziet.
In overleg met deze kleermakerij werd het model van het gildekostuum aangepast, werd gekozen om de wambuis in blauw uit te voeren maar daarop tevens de beeltenis van St. Agatha aan te brengen met de naam van Soest eronder. Ook de bestuurssjerpen van fluweel werden vervangen door nieuwe stoffen sjerpen met het wapen van Gaesbeek erop. Ook de hoeden werden door een nieuw model met een rood lint vervangen. Direct een mooie aanleiding om de oud-koningen de oude hoeden in bruikleen te geven bij een door hen zelf gekozen grijze broek en een wit overhemd, die daarbij gedragen werden. Bovendien ontvingen de oud-koningen een blauwe sjerp. Een mooie eerste stap waarmee ook de oud-koningen "zichtbaar" werden binnen de gildeleden. De blauwe sjerp werd in 2009 vervangen door een rode sjerp met daarop ook het jaar waarop zij zich tot koning schoten, en enkele jaren later gevolgd door een eigen initiatief van de oud-koningen om gezamenlijk een grijs vest en grijs jack aan te schaffen, hetgeen door het bestuur weer werd gecompleteerd met vervanging van de hoeden en veren zoals ook de leden van het gildekorps dragen.
Afsluitend
Binnen het Groot Gaesbeeker Gilde beschikken thans de korpsleden (incl. bestuur en koning) en de oud-koningen over voor de buitenwacht herkenbare kleding: leden van het gildekorps beschikken over een gildekostuum en de oud-koningen over uniforme kleding. De kleding van het Soester gilde is altijd een opvallende en gewaardeerde verschijning, waar Soest zich ook presenteert. Ook de kleermaker in België gebruikt het Soester gildekostuum als een visitekaartje voor zijn bedrijf. In zijn toonzaal/winkel hangt op een prominente plaats een grote foto van het Soester gildekorps. Paul Belien geeft aan dat dit voor de bezoeker altijd een bron van herkenning is.
Bronnen:
- De Gilden van Soest, E. Heupers, 1960
- Diverse krantenberichten
- Archief van het gilde en persoonlijke ervaringen
- Alle foto's uit de collectie Groot Gaesbeeker Gilde.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.