Redactie
Zomer 2016 37ste jaargang nummer 1 blz. 4
Walde Salomonsky (1845-1932)
Joke de Vries-Pureveen attendeerde ons erop dat van Salomonsky een beeltenis is aangebracht op de gedenkbank aan het huidige straatje Darthuizen. In dit geval was de bank er al veel eerder, niet precies op de huidige plek. Aanvankelijk stond de bank in de tuin van Oranjehof/Darthuizen en zijn het straatje en de huizen om de verplaatste bank heen aangelegd. De gedenkbank is opgericht door de Koninklijke Nederlandse Bond van Oud-onderofficieren van de Landmacht, Zeemacht en Koloniën. Deze bond had de villa "Oranjehof"aangekocht in 1919 en ingericht als rust- en vakantieoord voor de leden en hun gezinnen. Er konden ongeveer 45 personen recreëren en overnachten. In 1933 is er ter ere van de beschermheer van de vereniging, Walde Salomonsky, en voor de algemeen voorzitter M. Gerdesde gedenkbank geplaatst op het terrein van Oranjehof. Salomonsky was beschermheer in de periode 1913-1932, hij woonde zelf enige tijd in het landhuis "Zuidereng", dat gelegen was ter hoogte van het huidige kruispunt Eigendomweg/Koningsweg.
Zomer 2016 37stejaargang nummer 1 blz. 27
Monument Franse vluchtelingen op het RK kerkhof te Soesterberg
De heer Arie van Engelen, beheerder van het RK Kerkhof te Soesterberg, attendeerde ons erop dat de afgebeelde foto niet van het monument te Soesterberg is. Hij zag dit in eerste instantie aan de achtergrond, maar bij nadere bestudering bleken ook de panelen met namen anders te zijn. Wel hetzelfde is de vormgeving. Het afgebeelde monument staat op de RK begraafplaats te Weert, volgens onbevestigde bronnen zou er in Nederland nog een derde monument voor Franse overleden vluchtelingen van de Eerste Wereldoorlog zijn. Waarschijnlijk is het monument omstreeks 1935 geplaatst, er is een koopovereenkomst tussen het kerkbestuur van de RK Carolus Borromeusparochie en de Franse Staat, geregistreerd door notaris Knoppers te Amersfoort. Daarin verkoopt de eerste partij een paar vierkante meter grond voor 1500 gulden aan de consul, die handelde namens de Franse staat.
Wijlen mevrouw Wil Polman-Lensink heeft veel onderzoek gedaan naar de situatie van het 'Franse monument'. Bij de 98 namen vermeld op het monument heeft ze over vele meer informatie weten te bemachtigen. Mevrouw Polman ging ervan uit dat alle 98 genoemde personen in 1935 herbegraven zijn op Soesterberg, waarschijnlijk is dat niet het geval. Vermoedelijkheartde oprichting van het monument voor de toenmalige Franse regering genoeg herinneringswaarde aan de overleden Franse vluchtelingen uit de Eerste Wereldoorlog. Van 48 namen heeft Wil de overlijdensplaats gevonden, uitgezonderd de vier in Amersfoort overledenen (welke mogelijk al direct in Soesterberg begraven zijn), zijn deze op grote afstand overleden. Dit zou betekenen dat elke gemeente waar het stoffelijk overschot op doortocht kwam, toestemming verleend had moeten hebben. Verder heeft Wil Po!man uit de begraafboeken 107 namen van overleden Franse vluchtelingen gehaald die in 1918 of 1919 overleden zijn in de gemeente Soest en begraven op het RK kerkhof. Geen van deze namen staan op het monument vermeld, dus er zal toch vervolgonderzoek nodig zijn om na te gaan hoe de vork werkelijk aan de steel zit.
Zomer 2016 37ste jaargang nummer 1 blz. 46 t/m 55
Hoeve Bouwlust in Laag Hees
Zoals bekend zal zijn, wordt veel werk voor dit blad op vrijwillige basis gedaan, van het schrijven van artikelen tot het bezorgen van dit blad, er wordt continu op de kwaliteit en kosten gelet. Soms worden er dan fouten of foutjes gemaakt waar de redactie niet blij van wordt. Zo bleek de advertentie uit een krant uit 1906 over Bouwlust maar voor een kwartgedeelte afgedrukt te zijn. Ditmaal nogmaals de advertentie uit de Gooi en Eemlander van 5 mei 1906. Theunis Groenesteijn is op 21 maart 1906 overleden, precies een maand later verschijnt de eerste advertentie van een boelhuis al in de krant. Opvallend is dat de tekst van de drie gevonden advertenties telkens gewijzigd is, blijkbaar werd de verkoping aangegrepen om ook goederen van elders te veilen. Bij de getoonde advertentie, welke de laatste in de serie is, is het vetgedrukte gedeelte toegevoegd. Daarmee kunnen we er genoeglijk van uitgaan dat de fiets, naaimachine en 10 korven bijen niet tot het bezit van Theunis hebben behoord.
De familie Groenesteijn heeft van het echtpaar Theunis (wordt ook wel als Teunis of Theus geschreven) Groenesteijn (1834-1906) en Dirkje van de Wepel (1834-1898) een ietwat gehavende foto aangeleverd, gezien de ouderdom niet verwonderlijk. Daardoor zijn niet alle details even goed zichtbaar zoals vermoedelijk de Bijbel op het tafeltje. Bij Dirkje valt vooral de soberheid van de kleding op: geen zichtbare sieraden of frivole omslagdoek en een eenvoudige kanten muts.
Ook van hun zoon Cornelis Groensteijn (1873-1914) mochten we een fotoscan ontvangen, helaas is de foto niet helemaal recht gefotografeerd en zijn daardoor de lichaamsverhoudingen iets vertekend. Gezien het decor met de berkenhouten stoel lijkt de originele foto in het atelier van Adr. Boer in Baarn genomen te zijn. Cornelis, zijn vrouw Neeltje van Garderen (1879- 1947) en hun kinderen zijn in de loop van 1913 verhuisd naar Baarn. Hun zoon Theus (de opa van auteur Henk Groenesteijn) heeft nog een jaar op de Insingerschool gezeten.
In de bescheiden fotocollectie van de Historische Vereniging bevindt zich nog een foto die op het erf van Bouwlust gemaakt is. Het markante schuurtje op de foto staat ook op andere foto's die op het erf Bouwlust gemaakt zijn. Achterop de foto staat "Groenesteijn", maar er heerste enige twijfel of Theunis of zijn zoon Cornelis wel de voerman op de wagen was. Het paard voor de melkbrik is een mooie schimmel en lijkt wel heel erg veel op het schimmelpaard van de familie Verhagen! Bij navraag wist René Corbeij ons te bevestigen dat het inderdaad zijn grootvader Aart Verhagen (1874-1961) was die op de bok zit. De moeder van René wist zelfs de naam van de wat oudere dame op de bok: dit was mevrouw Von Saher. In tegenstelling tot andere gasten die meestal enkele dagen tot hooguit twee weken op de boerderij pension genoten logeerde mevrouw Von Saher wel een half jaar op Bouwlust.
Op de valreep reageerde ook de heer J.J. Meerts, waarschijnlijk was zijn reactie wat verlaat vanwege zijn 90"e verjaardag. Ter gelegenheid van dit heuglijke feit heeft hij het verlangen geuit om een stukje "Soesterveen" in historische toestand te herstellen. Het ligt in de bedoeling om langs de Wieksloot het hoogveen weer open te leggen en petgaten met kwelwater te realiseren, een mooi initiatief. In het artikel over Bouwlust gingen de auteurs ervan uit dat ook de Charlottehoeve in opdracht van Andries de Wilde (1781-1865) gebouwd was. Dit is ook wel zo, echter niet als boerderij maar rond 1862 als naamloze tuinmanswoning voor het landhuis "De Hoefslag". Wel waren de auteurs verbaasd naar de naam Charlottehoeve, Andries had wel zeven dochters maar geen had de naam Charlotte! Dankzij de oplettendheid van de gebiedshistoricus Jean Meerts wordt nu duidelijk aan welke Charlotte de boerderij de naam te danken heeft. Charlotte Insinger (1862-1918) is de oudste dochter van Herman Albrecht Insinger (1827-1911) en zijn nicht Johanna Jacoba Wilhelmina Insinger (1830-1868). Zij hebben het landgoed "Pijnenburg", gedeeltelijk gelegen in Laag Hees, in de periode 1860 t/m 1865 in gedeelten van Andries de Wilde gekocht.
Winter 2015 365te jaargang nr. 3 blz. 23 en 24:
91 jaar aanwezigheid paters SVD in Soesterberg
Een van de wat nader beschreven paters was de heer Gerard Claasens SVD (1927-2016). Hij was 'de laatste der Mohikanen' in Soesterberg. Hij heeft voor de werkgroep Soesterberg van de HVS nog weleens een rondleiding verzorgd in Missiehuis Sint Jan/ Kontakt der Kontinenten. Enkele weken geleden werd bekend dat hij op 88 jarige leeftijd in Teteringen is overleden.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.