Rene van Hal
Als uitvloeisel van de bezuinigingstaakstelling.sport wordt op dit moment een Visie Binnensportaccommodaties ontwikkeld. Een van de vragen waarop een antwoord moet worden gegeven is: gaan we Sporthal Beuklendal nog renoveren of wordt deze afgeborken en (elders) vervangen door nieuwbouw? Aam zo'n besluit zitten emotionale kanten, zeker voor de personen die zich ruim 50 jaar geleden hebben ingezet om deze Sporthal, de eerste in Soest, te realiseren. Dat gintg zeker niet zonder slag of stoot. In deze bijdrage een terugblik op de inititiatieven om in Soest een sporthal te gaan bouwen.
Historie sportaccommodaties in Soest
Wanneer we terugblikken op de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw, dan moest Soest, maar ook andere plaatsen in Nederland, voor de binnensport gebruik maken van gymzalen, die met name voor het voortgezet onderwijs door de gemeenten werden gebouwd. In Soest betrof dat gymzalen bij de drie MULO-scholen, te weten Openbaar in de Kerkebuurt, de Christelijke aan de Prins Bernhardlaan, later ook bij de RK Mulo aan de Steenhoffstraat en de LTS aan de Soester Engweg. Binnensport was toen nog niet in opkomst. Sporten deden we veelal buiten. Ook in 1965 gaf het toenmalige Ministerie van CRM nog aan dat er weliswaar een chronisch tekort was aan overdekte sportaccommodaties, maar dat het nog steeds het verstandigst was om het accent te leggen op kleinschaligheid. Al in 1950 werd in de kringen van de toenmalige Soester Sport Federatie gesproken over de wens in Soest een sporthal te realiseren. Een financiële actie onder de Soester gemeenschap leverde wel geld op, maar zeker niet voldoende om er een te kunnen bouwen. Het initiatief strandde.
De Soester sportverenigingen bleven dan ook voor het spelen van de competitie aangewezen op de grotere sportaccommodaties in Utrecht (Jaarbeurshal), Hilversum (o.a. Expohal) en later Amersfoort (Markthal). De binnensportverenigingen in Soest met de langste historie zijn gymnastiek (voorgangers van de Springbokken waren Olympia, Crescendo later Soester Turnclub) en volleybal (Olympia en SW). Niet veel later is men van oorspronkelijke buitensporten ook met een binnencompetitie gestart (handbal, basketbal en korfbal en nog weer jaren later ook voetbal en hockey). Met name bij de volleybalverenigingen ontstond begin jaren '60 opnieuw de vraag of er in Soest geen plaats was voor een sporthal, zodat men niet meer naar buurgemeenten hoefde te reizen. Op dat moment kon zeker nog onvoldoende worden onderbouwd dat er een acceptabel bezetting van de sporthal te behalen viel. Pas toen in 1965 er positieve geluiden waren over een betere bezetting van een nog steeds zeer gewenste sporthal in Soest, was dit voor het bestuur van de toenmalige Sportstichting aanleiding deze wens opnieuw in onderzoek te nemen. Daarbij werd ze geholpen door een nieuw overheidsbeleid terzake dat door Minister Vrolijk werd afgekondigd en was gericht op het inrichten van een netwerk van "goedkope" standaard-sporthallen. Hij ondersteunde dit met de "Rijksregeling Subsidiëring overdekte sportaccommodaties". Dat dit initiatief actief voor Soest ter hand werd genomen, is te danken aan de acties die door de toenmalige voorzitter van volleybalvereniging Olympia, Werner Paans, werden uitgezet. Hij liet zich niet van zijn wens afbrengen en zocht naar mogelijkheden om een sporthal in Soest te realiseren.
Het initiatief voor Sporthal Beukendal is geboren
Overleg tussen besturen van verschillende sportverenigingen en personen uit het bedrijfsleven, c.q. Soester Zakenkring, leidde tot het besluit om in januari 1967 een Commissie Sporthal in het leven te roepen. Deze Commissie werkte het initiatief verder uit en bezocht in dat jaar ook verschillende nieuwgebouwde sporthallen zoals in Enschede en Emmeloord. Ook kon men met het gemeentebestuur de afspraak maken over de plek die voor de sporthal beschikbaar zou komen, t.w. aan de Beukenlaan vlak naast de door te trekken Dalweg. De Commissie werd echter in het najaar 1967 omgedoopt tot een "Stichting Sportgebouwen Soest". In deze Stichting waren burgerij, sport en overheid gelijkelijk vertegenwoordigd. Uit het nodige recherchewerk had men namelijk vastgesteld dat de realisatie van een sporthal door de gemeente of door een gemeentelijke stichting, gezien allerlei regelgeving en voorschriften, niet direct tot de mogelijkheden zou behoren. Dus particulier initiatief. Echter al snel was er voortschrijdend inzicht vanuit de acties bij het verwerven van voldoende financiële middelen dat de realisatie van de soorthal uiteindelijk toch beter door de gemeente Soest zelf via ce Stichting Lichamelijke Opvoeding en Sport uitgewerkt zou kunnen worden, zo liet wethouder K. de Haan de initiatiefnemers op 12 maart 1968 weten. Er was anders geen toestemming te verkrijgen van Gedeputeerde Staten van Utrecht. Deze Stichting, waarin natuurlijk ook de sportverenigingen vertegenwoordigd waren, nam het initiatief vervolgens voortvarend ter hand. Op 28 maart 1968 neemt de gemeenteraad een besluit om in Soest een Sporthal te gaan bouwen. In een brief over dit besluit aan initiatiefnemer Werner Paans gaf het gemeentebestuur aan dat zij de teleurstelling van hem dat de gemeente en niet "zijn" stichting de Sporthal zou realiseren kon begrijpen, maar dat hij ook blij moest zijn dat Soest binnen niet al te lange tijd zelf over een sporthal zou kunnen beschikken.
De bouwkosten werden geraamd op ongeveer 1 miljoen gulden en de gemeente gaf aan dat ze het verwachte exploitatietekort zou financieren. Al op 28 mei 1968 werd officieel met het grondwerk gestart. Daaromheen werd er al een feestje gebouwd. Een jaar later zou de sporthal al in gebruik kunnen worden genomen. Wanneer we kijken naar de voorbereidingstijd tussen initiatief, besluitvorming en realisatie, is dit toch verrassend snel, zeker in vergelijking met de procedures die tegenwoordig gevolgd moeten worden.
De opening en het gebruik gedurende bijna 50 jaar
Op 17 mei 1969 werd Sporthal Beukendal officieel geopend. Daaromheen werd een groot feest gevierd, waaraan een veelheid aan verenigingen, zowel sport als cultuur, een bijdrage leverde. De regie was in handen van Piet Ekel, die niet alleen een radio- en tv-persoonlijkheid was, maar zich ook jarenlang heeft ingezet voor de Soester sport, o.a. als voorzitter van de Soester Turnclub. Dit was de start van een intensief door de sport gebruikte Sporthal, maar wel al vanaf het begin met een exploitatie die verre van kostendekkend was. De eerste jaren speelden niet alleen Soester sportverenigingen hier hun thuiswedstrijden, maar ook verschillende verenigingen uit Baarn, tot het moment dat aldaar Sporthal De Trits werd gerealiseerd. In de eerste 15 jaar beschikte de Sporthal zelfs over een eigen beheerder, die tijdens het gebruik van de zaal aanwezig was (deze functie werd jarenlang ingevuld door de heren Kuiper en Majoor, en later Oranje e.a.). Dit werd natuurlijk veel te duur en was een van de eerste dingen waarop bezuinigd zou worden door de gemeente. De sporthal beschikt op de 1ste verdieping over een restaurant dat vanaf de opening professioneel werd geëxploiteerd, vanaf 1974 (dus al meer dan 40 jaar) door Rinus Valk. Voor de meeste binnensportverenigingen uit Soest is deze Sporthal jarenlang de thuishaven geweest voor trainingen en wedstrijden. Met de komst van een nieuw Sportcomplex op de Eng tegenover het gemeentehuis, vertrokken er enkele, zoals de volleybalverenigingen, naar deze sporthal en werd het met name de thuishaven voor basketbalvereniging The Red Stars, maar ook voor BDC Handbal en Korfbalvereniging De Eemvogels.
De onderhoudsstaat van de sporthal is verschillende keren gedurende haar bijna 50-jarig bestaan onderwerp geworden van verhitte discussies in de gemeenteraad. Dat betrof met name de tribunes en de vloer, die kapot waren en gerepareerd dienden te worden, waarvoor bijna nooit rekening was gehouden in de begroting. De tribune is gedurende een groot deel van de historie van Beukendal niet volledig te gebruiken geweest. Nu, na 50 jaar intensief gebruik staat de gemeente voor cie keuze grootschalig renoveren of afbreken en Sporthal Beukendal vervangen. Dit zal niet alleen een zakelijke, maar ook een emotionele discussie opleveren, omdat Sporthal Beukendal een tweede huis is geworden voor veel sportende Soesters. Betekent een besluit dat een er weer stukje Soester historie verloren gaat?
Gebruikte bronnen:
1. Het persoonlijk archief van de heer Werner Paans, met name uit de tijd dat het initiatief werd genomen en uitgewerkt.
2. Eigen ervaringen als sportbestuurder en raadslid en thans voorzitter van de Sport Federatie Soest.
3. Historisch Archief gemeente Soest.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.