Jan van Steendelaar
Dat een kunstenaar in eigen land — in dit geval eigen dorp — niet wordt geëerd, zoals het gezegde wil, gaat niet altijd op. Zeker niet als het gaat om Abraham Petrus (Abram) Stokhof de Jong (1911 Amsterdam — 1966 Vipiteno, Italië; begraven op de begraafplaats Snt Barbara te Utrecht) want aan deze glazenier, kunstschilder en monumentaal kunstenaar, die een groot deel van zijn leven in Soest doorbracht, zijn de tentoonstelling (opening woensdag 16 april) en de lezing (woensdag 23 april) gewijd.
Hoewel niet al zijn werk, vooral glas-in-loodramen en mozaïeken, verbouwingen en sloopwerk hebben overleefd, is er een schat aan kunstwerken bewaard gebleven, ook in Soest. Eén voorbeeld is het gebrandschilderde raam uit het voormalige politiebureau. Het bevindt zich nu in Museum Oud Soest. Zoon Frans Stokhof de Jong is bezig zo veel mogelijk werk van zijn vader op te sporen.
Abram Stokhof de Jong werd geboren in Amsterdam als jongste zoon van Lodewijk Stokhof de Jong en Helena Annart. Zijn moeder, die aan tuberculose leed, stierf toen hij nog geen drie jaar was. Als jongste van vijf kinderen kwam hij in een pleeggezin terecht. Hij was vaak ziek. Als gevolg daarvan verloor hij het zicht van zijn rechteroog en werd hij doof aan het rechteroor. Gebreken die hem niet bepaald stimuleerden tot het ontwikkelen van sociale contacten. Op anderen kwam hij over als een in zich zelf gekeerd mens. Ondanks zijn introverte karakter heeft Stokhof de Jong het tegendeel van een teruggetrokken leven geleid. Hij gaf lessen, lezingen en gastcolleges. In 1957 werd hij hoofddocent monumentale kunst aan de Academie Sint Joost in Breda en later hoofddocent aan de academie Artibus te Utrecht.
Hij zat in het bestuur van de Kunstkring Soestdijk en was in 1948 oprichter van de Volksuniversiteit Soest, waarvan hij tien jaar directeur was.
Van jongs af had Stokhof de Jong aanleg voor tekenen. Niettemin kreeg hij thuis meer dan eens te horen dat hij 'echt werk' moest zoeken. Zijn buitengewone interesse voor kunstuitingen en alles wat daaraan verwant was, liet zich echter niet verdringen. Hij bezocht exposities en op zondag was hij te vinden in de verschillende Amsterdamse musea. Hij raakte bevriend met Doris van Brederode, die op een tekenclub zat, met diens broer die Nederlandse letteren studeerde en met kunstcriticus Jan Beerends (diens zoon Arnaud houdt op 23 april a.s. de lezing in het museum). Ze trokken veel samen op. Door gesprekken van allerlei aard groeide de belangstelling van Stokhof de Jong voor kunst, cultuur, literatuur en wetenschappen.
In die tijd had hij verschillende baantjes, meestal van korte duur. In de avonduren ontwikkelde hij zijn talent door zelfstudie. Daarnaast groeide bij hem een brede belangstelling voor kunst en cultuurgeschiedenis. Die is nooit verdwenen, zelfs niet in de vakanties, herinnert zoon Frans zich; vakanties die vooral in het teken stonden van bezoeken aan steden, musea en kerken.
Het werk van Stokhof de Jong is representatief voor de ontwikkelingen op zowel sociaal-maatschappelijk als religieus gebied binnen de periode van voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog (1930-1960).
In 1935 deed hij met succes toelatingsexamen voor de Rijksacademie voor Beeldende kunst in Amsterdam. Hij bekwaamde zich onder andere bij professor Heinrich Camperdonck in tal van facetten van de monumentale beeldende kunst. Zijn kracht lag daardoor niet alleen in glas-in-loodramen met (meestal) religieuze voorstellingen maar ook in die jaren in mozaïek en muurschilderingen. Daarnaast bleef hij zich bekwamen in tekenen en schilderen. Toen hij de academie had verlaten (1940), heeft hij enige tijd praktisch gewerkt op het atelier van glazenier Karel Trautwein in Haarlem. Daaraan kwam een eind toen zijn vriend Jan Beerends naar Soest vertrok (1941). Ook Stokhof de Jong besloot z'n spullen in te laden en mee naar Soest te gaan. Daar vond hij in een leegstaand kerkgebouwtje in een zijweggetje van de Middelwijkstraat„ het Witte Paardstraatje, een ideaal atelier annex woning: een oud kerkje.
Stokhof de Jong had zelf niet voldoende geld om het oude kerkje te kopen. Eén van z'n vrienden, Vok Keijsper uit Alkmaar schoot hem de aankoopsom voor. Er moest veel aan het gebouw worden opgeknapt om het weer bewoonbaar te maken. Na de restauratie kreeg het pand de naam Het Witte Paard.
Eerste expositie in Soest
In 1941 hield hij hier zijn eerste tentoonstelling in Soest. Notabelen uit de gemeente en uit de omgeving en ieder die belangstelling koesterde kwamen een kijkje nemen bij deze onbekende nieuweling. Onder hen waren ook Hans Rupert,arts te Soestdijk, met zijn vrouw, met wie een vriendschap voor het leven ontstond. Een jaar later hield Stokhof de Jong een tweede expositie in Soest, in het gebouw Eltetho aan het Driftje. Het bestaat niet meer, nu is hier de apotheek Soest gevestigd. Bij zijn eerste expositie had hij Anne Marie (Ans) Sinnige leren kennen, met wie hij op 30 december 1942 in het huwelijk trad. Het kerkelijk huwelijk werd voltrokken in de Petrus en Pauluskerk aan het Kerkplein, in dezelfde maand waarin de parochie 250 jaar bestond. Ter gelegenheid hiervan ontwierp Stokhof de Jong een miniblad met het feestprogramma, de lijst van pastores sinds het begin van de parochie in 1692, en de uit de parochie voortgekomen priesters. Als tegenprestatie hoefde het jonge paar niet het volle pond te betalen voor de huwelijksplechtigheid. Het huwelijk werd gezegend met zes kinderen. In 1948 verhuisde het gezin naar het Kerkpad 47, waar het naast de radio- en tv-acteur Piet Ekel kwam te wonen.
Sinds zijn komst naar Soest heeft Abram Stokhof de Jong zelfstandig kunnen werken. Hier heeft hij tal van kunstwerken nagelaten. Zoon Frans probeert momenteel voor een zo kompleet mogelijke inventarisatie er zoveel mogelijk van op te sporen en in beeld vast te leggen. Wie werk heeft van Stokhof de Jong in Soest kent of misschien zelfs wel in bezit heeft, wordt verzocht met hem (tel. 035-6090833) contact op te nemen.
Bekend werk op Soest van Stokhof de Jong gemaakt in Soest zijn:
1943: Drie ramen r.k. Mariakerk te Soestdijk
1944: Wandschildering op baksteen, 120 m2 in de H. Familiekerk te Soest- Zuid (architect Starmans) voorstellende de Lijdende-, Strijdende en Zegenvierende Kerk,
1945: Raam r.k. Mariakerk Soestdijk
1946: Ramen r.k. kerk Soest Zuid (H. Familiekerk) Twee ramen Mariakerk Soestdijk, later hele kerk Raam politiebureau Soest
1954: Raam Christelijke Ulo Soest Tegelmozaïek Openbare School Soest (architect H.Schneider)
1955: Raam Koningin Emma huishoudschool Talmalaan (nu kinderdagverblijf Het Kasteel)
1958: Tegelmozaïek R.K. Theresiaschool (architect Koldenweg) Tegelmozaïek R.K. school Titus Brandsma Soesterberg
1963: Schildering school Soest-Zuid (architect Van Putten)
Op ongeveer 75 verschillende plaatsen heeft Stokhof de Jong werken uitgevoerd in kerken, scholen, bedrijven, kloosters in diverse technieken en materialen. Eén van de werken die hij maakte was een groot paneel voor de raadszaal van de gemeente Oosterland (nu Duiveland op Schouwen-Duiveland). Soest adopteerde Oosterland na de watersnoodramp in 1953. Stokhof de Jong maakte geen 'rampmotief; hij koos voor 'vrede en welvaart', uitgebeeld in enkele figuren onder een vlucht van duiven.
BRONNEN:
LEVEN EN WERKENVAN ABRAM STOKHOF DE JONG
MONUMENTAAL KUNSTENAAR (ISBN 9090124527)
GESPREKKEN MET ZOON ARCHITECT FRANS STOKHOF DE JONG.
Historische Vereniging Soest/Soesterberg
Steenhoffstraat 46
3764 BM Soest
De Historische Vereniging Soest/Soesterberg heeft een ANBI-status.