De boerderij waar Riet van Asch geboren was (20-7-1930), stond op de plek waar nu de Dalweg loopt en de rotonde is tussen Indisch restaurant Dessa en de sporthal (beschrijving in 2003). Grootouders woonden ernaast in klein huisje. Grootvader was postbode geweest. Vader had slepersbedrijf (=vervoerbedrijf), aanvankelijk uitsluitend met paard en wagen, vanaf 1930 ook met vrachtwagens. Achter de boerderij lag groot zandgat (gat van Van Asch) waar gespeeld kon worden. Er waren meer van die gaten in die tijd op de Eng (o.a. gat van Ruttenberg, gat van Kok, gat van Beijer). Het zand uit het gat dat naar diverse bouwwerken werd vervoerd werd o.a. achter de boerderij gezeefd. De weg naar de school bij de zusters in het gebouw waar thans het museum is gevestigd liep via de Verlengde Talmalaan. De Dalweg was een zandpad dat begon bij de peperbus.Elke ochtend ging ze vóór school naar de mis.
Track 2
Behalve de lagere meisjesschool met zr Imelda en de juffrouwen van Eerd, van Rassel enWilderbeek, werd ook de naaischool bezocht naast het klooster. Na school was het eerst thuis helpen (verstellen van overalls en manchesterbroeken). Vervolgens werd een “dienstje” genomen. Eerst bij de fam. Spranges aan de Waldeck Pyrmontlaan. Daarna bij de fam. Vreede aan Julianalaan en tenslotte bij fam. Maree van drukkerij Practicum aan de Molenstaat. Op dat laatste adres acht jaar gebleven. Handballen bij Crescendo.
Track 3
Riet vertelt over haar drie broers. Over de oorlogstijd: Leven ging zoveel mogelijk door. Er werd o.a. gewerkt voor vliegveld.
Beschrijving van omgeving van ouderlijk huis. Op de plek waar nu (2003) het parkeerterrein van de sporthal ligt, stond een klein huisje waarin aanvankelijk de grootouders woonden en later de heer Hagen (chauffeur bij firma Van Asch). Ook was er een grote villa van de fam. Alders. Tegenover stond een boerderijtje van Strumpel (enigszins van de weg af). Daarnaast werd o.a. leem gegraven dat vervoerd werd naar elders voor de aanleg van wegen. Op de plek waar nu (2003) de garage van Ford staat zat vroeger de garage van Timmer.
Langs de Beukenlaan in de richting van Soest Zuid kwam naast de boerderij eerst het pand van zaadhandel Veldman (later van den Breemer). Daarnaast woonde fam. Van Asselt. Er was ook een snoep- en groentewinkel van Kees Wortel en op de hoek van de Molenstraat zat meelhandel de Bruin.
Schuin tegenover de boerderij van Van Asch in de richting van Laanstraat zaten ook diverse winkels. Genoemd werden oa. de kruidenierswinkel van fam. Baas (later Verwoerd), Sukel (de kolenboer), Lente (zaadhandel), Bokma (paardenslager),van Leek (bakker, waar nu (2003) Van Kooten zit).
Track 4
Oorlogstijd (evacuatie naar Noord Holland in 1940 met vijf dagen onderdak met acht personen bij een gezin met ook acht personen) en herinnering aan verblijf in schuilkelder bij huis). Weinig militairen gezien. Echtgenoot Anton v.d. Dijssel (de wagenmaker) ontmoet omdat hij vaak werkte voor mijn vader. Op 28 jarige leeftijd (na 3jaar verkering) getrouwd en gaan wonen op Lange Brinkweg. Anton heeft de zaak in 1955 overgenomen van zijn vader.
Track 5
Wonen naast (schoon)ouders. Veel hulp gehad van ouders en hulp kunnen bieden toen die oud werden.